Tspel dat ghespeilt was voor de Aragoenoysen
(Cornelis Everaert) 1525
[Teksteditie: J.W. Muller en L. Scharpé (eds.), Spelen van Cornelis Everaert, vanwege de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden met inleiding en aanteekeningen uitgegeven. Boekhandel en Drukkerij voorheen E.J. Brill, Leiden, [1898]-1920, pp. 117-132 = Aragoenoysen ed. 1920]
[Teksteditie: W.N.M. Hüsken (ed.), De Spelen van Cornelis Everaert – Opnieuw uitgegeven, van inleidingen, annotaties en woordverklaringen voorzien. Deel I, Verloren, Hilversum, 2005, pp. 274-299 = Aragoenoysen ed. 2005]
[Hummelen 1 B 8]
Auteur
De Brugse rederijker Cornelis Everaert (ca. 1480-1556). Vergelijk ook bij Maria Hoedeken ed. 1920.
Genre
Een allegorisch rederijkersspel, geschreven ter ere van Karel V.
Situering / datering
Dit spel (508 verzen in de editie-1920) is één van de 35 toneelteksten die bewaard bleven in een autograaf-verzamelhandschrift (Brussel, Koninklijke Bibliotheek, sign. Hs. 19.036). Volgens de originele inhoudstafel werd het stuk geschreven en opgevoerd in 1525 (na de Slag van Pavia, waarin Karel V de Franse koning Frans I versloeg) en in 1528 in de autograaf gekopieerd. Volgens deze tafele werd het spel geschreven voor een wedstrijd, uitgeschreven door de Aragonese koopliedennatie te Brugge. Het greep naast de eerste prijs omdat er naar verluidt een spellingfout stond in de fyguere.
Inhoud
Menichte van Volck is enerzijds verheugd omdat Karel V de slag gewonnen heeft, anderzijds bedroefd omdat de Franse koning verloren heeft en bevindt zich op die manier tussen ‘hemel en aarde’ (die overigens ook optreden als personages). Door Inwendich Verstant en Scriftuerlicke Accoordanchye wordt de twist tussen Karel V en Frans I vergeleken met de bijbelse twist tussen koning David en koning Anon (2 Koningen 10). Door al deze personages wordt de overwinnende Karel bewierookt en de verliezende Frans vermaand (én getroost), maar sterke nadruk wordt teven gelegd op het verlangen naar vrede.
Thematiek
Duidelijk politiek-diplomatisch getint vanwege Everaert, de stad Brugge en de aldaar vertoevende Aragonese kooplui. Men staat aan de kant van Karel V maar anderzijds vormt het stuk een nauwelijks verholen bede tot de keizer om opnieuw in vrede samen te werken met de Franse koning, omwille van de voorspoed en ook omwille van het dreigende Turkse gevaar (vergelijk verzen 14-17). Vergelijk over de politiek-economische achtergrond van dit spel ook ed. 2005: 274-275.
Receptie
Het belang dat gehecht wordt aan vrede (vrede is gunstig voor de economie), de bezorgdheid om hernieuwde diplomatieke betrekkingen met Frankrijk (eveneens gunstig voor de handel) en de vleiende houding tegenover de landvorst: het zijn alle kenmerken van de laatmiddeleeuwse stadsliteratuur en de daarin gepropageerde burgermoraal. Het spel werd trouwens geschreven naar aanleiding van een wedstrijd die georganiseerd werd door in Brugge verblijvende Spaanse kooplui die bij vrede met Frankrijk alleen maar voordeel konden behalen. Verder betreft het hier een rederijkersspel, geschreven door een Brugse rederijker. Verband met Brugge.
Profaan / religieus?
Het spel is overwegend profaan van aard. Een belangrijk religieus element is de typologisch getinte vergelijking tussen Karel V / Frans I en David / Anon.
[explicit 16 december 1993 / 14 september 2016]