Esbatement van Boerdelic Pleghen ende Ghenoughelic Voortstel
(Cornelis Everaert) 1526
[Teksteditie: J.W. Muller en L. Scharpé (eds.), Spelen van Cornelis Everaert, vanwege de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden met inleiding en aanteekeningen uitgegeven. Boekhandel en Drukkerij voorheen E.J. Brill, Leiden, [1898]-1920, pp. 233-242 = Boerdelic Pleghen ende Ghenoughelic Voortstel ed. 1920]
[Teksteditie: W.N.M. Hüsken (ed.), De Spelen van Cornelis Everaert – Opnieuw uitgegeven, van inleidingen, annotaties en woordverklaringen voorzien. Deel I, Verloren, Hilversum, 2005, pp. 475-492 = Boerdelic Pleghen ende Ghenoughelic Voortstel ed. 2005]
[Hummelen 1 B 15]
Auteur
De Brugse rederijker Cornelis Everaert (ca. 1480-1556). Vergelijk ook bij Maria Hoedeken ed. 1920.
Genre
Volgens de originele titel een esbatement. Een rederijkersklucht.
Situering / datering
Deze klucht (292 verzen in de editie-1920) is één van de 35 toneelteksten die bewaard bleven in een autograaf-verzamelhandschrift (Brussel, Koninklijke Bibliotheek, sign. Hs. 19.036). Volgens de originele inhoudstafel werd het geschreven in 1526 om opgevoerd te worden tijdens een ‘steecspel’ (lees: schietspel) te ‘Ghistele’. Het stuk werd aldaar gespeeld door de gilde der ‘aerdchiers’ (handboogschutters) van Brugge (vergelijk vers 292), waaraan Everaert als ‘clerc’ verbonden was.
Inhoud
Het allegorische personage Tydelicke Vredelicheyt (de tijdelijke vrede na het vredesverdrag van 1526 tussen Karel V en Frans I) maakt haar zonen Boerdelic Pleghen en Ghenoughelic Voortstel wakker. Zij zullen in Ghistele (Gistel) gaan boogschieten en ‘rethorycke’ gaan bedrijven. Nadat Boerdelic Pleghen wat onhandig heeft gedaan als boogschutter, blijkt dat hij beter thuis is op het terrein van de rederijkerskunst, terwijl Ghenoughelic Voortstel beter met de boog kan omgaan.
Thematiek
De ‘Tijdelijke Vrede’ doet als moeder van het volksvermaak de oude volksspelen weer herleven. Boerdelic Pleghen (Ontspannend Tijdverdrijf) staat daarbij voor het rederijkersbedrijf, Ghenoughelic Voortstel (Aangename Bezigheid) voor de activiteiten der schuttersgilden.
Receptie
Stadsliteratuur. Typisch is de bekommernis die uitgaat naar de vrede en haar gunstige invloed op de stedelijke feestcultuur. Uit dit toneelwerk blijkt bovendien de nauwe verbondenheid van rederijkerskamers en schuttersgilden in de stad. Verder betreft het hier een rederijkersstuk van de hand van een Brugse rederijker. Verband met Brugge en Gistel.
Profaan / religieus?
Manifest profaan van aard.
[explicit 16 januari 1994 / 17 september 2016]