Refreinen (Jan van den Berghe) 1539 / circa 1550
[Teksteditie: C. Kruyskamp (ed.), Dichten en spelen van Jan van den Berghe. Uitgave van de Vereeniging der Antwerpsche Bibliophielen – twee reeks – nr. 4, Martinus Nijhoff, ’s-Gravenhage, 1950, pp. 47-60 = Refreinen ed. 1950]
Auteur
De Zuid-Nederlandse rederijker Jan van den Berghe (+1559).
Genre
Zes rederijkersrefreinen, grotendeels ‘vroed’ van aard.
Situering / datering
De eerste drie refreinen werden geschreven ter gelegenheid van het Gentse refreinenfeest van 1539 en bleven bewaard in druk (Gent, Ioos Lambrecht, 1539 = NK 1785, exemplaar: Leiden, Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, sig. 1497 G 14) [ed. 1950: XIX / XXXI]. De resterende drie refreinen bleven bewaard in een verzamelbundel, het handschrift-J. Michiels (Den Haag, Koninklijke Bibliotheek, hs. 71 E 57) [ed. 1950: XIX-XX / XXXI].
Inhoud / thematiek
Vroed. Stichtelijke lering, ook het zogenaamde ‘zotte’ en ‘amoureuze’ refrein uit 1539.
Receptie
Stadsliteratuur. Het gaat om rederijkersgedichten. Verband met onder meer Gent.
Profaan / religieus?
Stichtelijk-religieus.
[explicit 6 juli 1997]