Van der navolghinghe ons Heren Jhesu Cristi
ende versmadenis alre ydelheit deser werelt
(Thomas à Kempis) XVA
[Teksteditie: C.C. de Bruin (ed.), De Middelnederlandse vertaling van De Imitatione Christi (Qui sequitur) van Thomas à Kempis in Hs. Leiden, Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 339, uitgegeven, ingeleid en toegelicht. E.J. Brill, Leiden, 1954 = Navolghinghe ons Heren Jhesu Cristi ed. 1954]
Auteur
Thomas à Kempis (circa 1380-1471). Geboren in Kempen (Duitsland). Een regulier kanunnik van het onder invloed van de Moderne Devotie staande Augustijnerklooster Sint-Agnietenberg te Zwolle.
Genre
Een geestelijk prozatraktaat. In feite een bundeling van vier min of meer op zichzelf staande geestelijke prozatraktaten.
Situering / datering
Oorspronkelijk schreef Thomas à Kempis deze teksten in het Latijn (titel: De imitatione Christi) [ed. 1954: X / 5], maar al snel circuleerden er talrijke handschriften in het Middelnederlands. Slechts drie handschriften bevatten de vier boeken [ed. 1954: 9]. De Bruin koos voor zijn teksteditie van de Middelnederlandse Imitatio-vertaling handschrift Leiden, Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 339 dat ontstond circa 1440. Het betreft hier een afschrift van Hollandse herkomst [ed. 1954: 10 / 12]. Voor een (voorlopige) lijst van Middelnederlandse, Middelnederduitse en Nederrijnse handschriften en drukken van de Navolghinghe, zie ed. 1954: 283-292.
Inhoud
De vier boeken die samen de Navolghinghe vormen, bevatten mystieke exaltaties, gebeden en stichtelijke aansporingen.
Thematiek
Zuiver stichtelijk, in het kader van de Moderne Devotie.
Receptie
Kloosterliteratuur. Nauw verband met de Moderne Devotie.
Profaan / religieus?
Stichtelijk-religieus.
[explicit 11 februari 1997]