Dat Cancellierboeck (anoniem) XV
[Teksteditie: A. Kessen (ed.), Het Cancellierboeck. A.W. Sijthoff’s Uitgeversmaatschappij, Leiden, 1932 = Cancellierboeck ed. 1932]
Auteur
Robert de Sorbon (1201-1274) was de auteur van de Latijnse bronteksten. Nadat hij kanunnik van Kamerijk (Cambrai) was geworden, ging hij studeren in Parijs, verkreeg daar grote invloed aan het hof en werd kanunnik van de Notre-Dame. Ook richtte hij circa 1523 een communauteit op voor arme theologiestudenten en deze was het begin van de theologische faculteit van de Parijse Sorbonne. Robert de Sorbon was er zelf kanselier van [ed. 1932: 33-34]. De auteur van de Middelnederlandse bewerking bleef anoniem.
Genre
In de Middelnederlandse proloog is sprake van een boexken van der biechten [ed. 1932: 141]. Het gaat hier dus om een biechtboek: een boek dat de zondaar raadgevingen verstrekt in verband met de biecht. Het bevat onder meer een beknopte behandeling van de Tien Geboden en van de Zeven Hoofdzonden [ed. 1932: 133]. Bij uitbreiding gaat het hier dus ook om een stichtelijk prozatraktaat.
Situering / datering
Dat Cancellierboeck is een compilatie van enkele Latijnse traktaten van de Franse kanunnik Robert de Sorbon (meer bepaald van De Consciencia en van De Tribus Dietis) [ed. 1932: 47-48]. De Middelnederlandse tekst bleef bewaard in twee handschriften.
Handschrift W (= Weert, Franciscanerklooster, hs. 10), daterend van circa 1475, bevat een enigszins andere redactie [ed. 1932: 35 / 117-118]. Bovendien zijn er nog twee fragmenten in handschriftvorm.
Inhoud
Zie voor een overzicht ed. 1932: 133-138.
Thematiek
Stichtelijke adviezen bij het biechten. Christus, die bij het Laatste Oordeel de mensen ondervraagt over het Liber Consciencie (Het Boek van het Geweten), wordt vergeleken met de kanselier van de Parijse universiteit die de studenten ondervraagt. De studenten die op het examen verschijnen, zijn dus de mensen die bij het Laatste Oordeel aan een ‘gewetensproef’ onderworpen worden [ed. 1932: 133-134, vergelijk ook het eerste kapittel, p. 142].
Receptie
Afgaande op de bewaarde handschriften circuleerde deze tekst blijkbaar vooral in een kloostermilieu.
Profaan / religieus?
Stichtelijk-religieus.
[explicit 27 mei 1997]