Jheronimus Bosch Art Center
Datering
1561
Moderne editie
W. Waterschoot en D. Coigneau (eds.), "Eduard de Dene - Testament Rhetoricael", 3 delen, in: Jaarboek De Fonteine, 1975/II - 1976-77/II - 1978-79/II
Taal
Middelnederlands

Testament Rhetoricael (Eduard De Dene) 1561

[Teksteditie: W. Waterschoot en D. Coigneau, m.m.v. A. Schauteet e.a., onder leiding van Prof. A. Van Elslander (eds.), “Eduard de Dene – Testament Rhetoricael – deel I”, in: Jaarboek De Fonteine, 1975 – Deel II (Tweede reeks: nr. 18), uitgegeven in samenwerking met het Seminarie voor Nederlandse Literatuurstudie van de Rijksuniversiteit te Gent – XX – Rederijkersstudiën X, Gent, 1976 = Testament Rhetoricael I ed. 1976]

[W. Waterschoot en D. Coigneau, m.m.v. A. Schauteet e.a., onder leiding van Prof. A. Van Elslander (eds.), “Eduard De Dene – Testament Rhetoricael – deel II”, in: Jaarboek De Fonteine, 1976-77 – deel II (Tweede reeks: nr. 20), uitgegeven in samenwerking met het Seminarie voor Nederlandse Literatuurstudie van de Rijksuniversiteit te Gent – XXII – Rederijkersstudiën XII, Gent, 1979 = Testament Rhetoricael II ed. 1979]

[W. Waterschoot en D. Coigneau, m.m.v. A. Schauteet e.a., onder leiding van Prof. A. Van Elslander (eds.), “Eduard De Dene – Testament Rhetoricael – deel III”, in: Jaarboek De Fonteine, 1978-79 – deel II (Tweede reeks: nr. 21), uitgegeven in samenwerking met het Seminarie voor Nederlandse Literatuurstudie van de Rijksuniversiteit te Gent – XXIV – Rederijkersstudiën XIV, Gent, 1980 = Testament Rhetoricael III ed. 1980]

[Coigneau TR]

 

Auteur

 

De Brugse rederijker Eduard De Dene (1505?-circa 1578) [Coigneau I 1980: 74].

 

Genre

 

Een verzameling rederijkersgedichten die samen het ‘literaire testament’ van De Dene vormen. Naast spreuken opdrachten, epitafia, incarnaties en andere langere of kortere dichtstukken bevat de verzameling ook 170 refreinen, 79 liederen, 16 rondelen en 4 balladen [Van Elslander e.a. 1972: 213, Coigneau I 1980: 74].

 

Situering / datering

 

Het omvangrijke Testament Rhetoricael (15 + 465 folio’s) is een autograaf van De Dene. Het werd oor hem geschreven tussen 14 mei en 24 december 1561. Sommige van de dichtstukken dateren van (vaak jaren en decennia) eerder. Sinds 1960 wordt het handschrift bewaard in de Universiteitsbibliotheek van Gent (hs. 3330) [Van Elslander e.a. 1972: 109 / 112-113 / 115, Coigneau I 1980: 74-75].

 

Inhoud

 

Zie hiervoor Van Elslander e.a. 1972: 131-211.

 

Thematiek

 

Het handschrift kan grosso modo in drie thematische velden worden onderverdeeld.

  • Ff. 6-181v : het eigenlijke ‘testamentaire’ gedeelte (schikkingen in verband met de eigen uitvaart en nagedachtenis, legaten aan familie, vrienden en allerlei Brugse instellingen (soms ernstig, soms ironisch bedoeld) en epitafen voor overleden gildebroeders.
  • Ff. 182-422 : de grote middenmoot waarin talrijke gedichten zijn ondergebracht volgens hun meer of minder toevallig verband met de zeven hoofdzonden.
  • Ff. 423-451 : toebereidselen tot en bezinning over de dood (religieuze gedichten rond de Vier Uitersten, afscheidsgedichten en de eigen epitafia) [Coigneau I 1980: 75].

Uit de teksten blijkt overigens duidelijk dat De Dene niet hervormingsgezind, maar orthodox-katholiek was [vergelijk Van Elslander e.a. 1972: 243-249].

 

Receptie

 

Stadsliteratuur. Het betreft hier rederijkersgedichten van een Brugse rederijker. Verband met Brugge.

 

Profaan / religieus?

 

Een mengeling van profane en religieuze elementen.

 

Geraadpleegde lectuur

 

  • Van Elslander e.a. 1972: A. Van Elslander, W. Waterschoot en D. Coigneau, “Eduard de Dene en zijn Testament Rhetoricael (1561)”, in: Jaarboek De Fonteine, XIX-XX, 1969-1970 (Tweede reeks: nr. 11-12), Gent, 1972, pp. 109-249.
  • Coigneau I 1980: Dirk Coigneau, Refreinen in het zotte bij de Rederijkers – deel I. Gent, 1980

 

[explicit 14 juli 1994]

searchclosebarssort-desc linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram