Van menich mensch en onversadelijcke begeerte
(Jan Eellertzoon) 1597
[Diplomatische teksteditie: W.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers en F.A.M. Schaars m.m.v. M.R. Hagendoorn en J.P.G. Heersche (eds.), Trou Moet Blijcken – Deel 8: De Boeken I, N, M en R – Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’. Uitgeverij Quarto, Slingenberg, 1998, ff. 27r-50v (Boek N) = Menich Mensch en Onversadelijcke Begeerte ed. 1998]
[Hummelen 1 ON 2]
Auteur
De rederijker Jan Eellertzoon.
Genre
Een zinnenspel.
Situering / datering
Dit spel (1464 verzen/regels in de ed. 1998) bleef bewaard in Boek N uit het archief van de Haarlemse rederijkerskamer De Pellicanisten. Volgens een aantekening op het einde van de tekst werd dit spel geschreven in 1597.
Inhoud
Menich Mensch wordt door de sinnekes Giericheijt en Eijgen Baet en de vrouw Onversadelijcke Begeerte op het slechte pad gebracht: hij is rijk en wil de armen niet helpen. Reden en Schriftuerlijck Vermaen brengen hem echter weer op het goede pad, via een toog over Lazarus en de Rijckeman.
Thematiek
Stichtelijk-religieus. De boodschap is: help de armen.
Receptie
Het betreft hier een rederijkersstuk dat bewaard bleef in een rederijkerscontext. Dit alles wijst op stadsliteratuur. Verband met Haarlem.
Profaan / religieus?
Stichtelijk-religieus.
[explicit 3 januari 2000]