Een Cluijt van Tielebuijs die wederom herdragen wilde sijn
(Willem Elias, alias Vrancx) 1541
[Teksteditie: M. de Jong (ed.), Drie zestiende-eeuwse esbatementen – Tielebuijs / De Blinde die tgelt begroef / De Luijstervinck. H.J. Paris, Amsterdam, 1934, pp. 23-64 = Tielebuijs ed. 1934]
[Diplomatische teksteditie: W.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers en F.A.M. Schaars m.m.v. M.R. Hagendoorn en J.P.G. Heersche (eds.), Trou Moet Blijcken – Deel 7: Boek G – Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’. Uitgeverij Quarto, Assen, 1997, ff. 92r-100r = Tielebuijs ed. 1997]
[Hummelen 1 OG 14 / 2 05 / 2 10]
Auteur
Willem Elias, alias Vrancx, lid van de Diestse rederijkerskamer De Lelijbloem. Wellicht naar een idee van Jan van den Borne, alias Houwers, eveneens lid van dezelfde Diestse kamer [ed. 1934: 3].
Genre
Een rederijkerklucht. De originele opschriften in handschriften L, H en B geven respectievelijk ‘esbatement’, ‘cluijt’ en ‘kamerspel’ [ed. 1934: 123].
Situering / datering
Deze klucht (522 verzen in de editie-1934) bleef bewaard in drie zestiende-eeuwse handschriften.
Het stuk werd na 1541 nog verscheidene malen opgevoerd, wat wijst op de populariteit ervan [ed. 1934: 4].
Inhoud
Zie voor een korte samenvatting Van Mierlo II 1940: 261, Knuvelder I 1970: 512-513 en Hüsken 1996: 107-108.
Thematiek
Op het eerste gezicht niet veel meer dan kluchtig entertainment.
Receptie
Stadsliteratuur. Het betreft hier een rederijkersklucht van een Diestse rederijker. Verband met Diest (en Haarlem).
Profaan / religieus?
Profaan.
Geraadpleegde lectuur
[explicit 9 juli 1996]