Gerlach 1967b
“De bronnen voor het leven en het werk van Jeroen Bosch” (P. Gerlach O.F.M. Cap.) 1967
[in: Brabantia, XVI (1967), pp. 58-65/95-104]
[Heruitgegeven in Gerlach 1988: 55-62]
[Ook vermeld in Gibson 1983: 27 (B2)]
De Brabantse archivarissen (waaronder Ebeling en Mosmans) hebben in het verleden grote verdiensten gehad, maar zij dragen ook mee de verantwoordelijkheid voor talrijke onjuistheden bij diverse auteurs. Met name Mosmans is nooit een echte vakman geworden, noch als archivaris, noch als kunsthistoricus (zie bijvoorbeeld zijn dilettantische vaststelling van Bosch’ geboortedatum op 2 oktober 1453).
Vervolgens behandelt Gerlach de bronnen die van belang kunnen zijn voor wetenswaardigheden over het leven van Bosch: de Stadsrekeningen van ’s-Hertogenbosch, het Bosch’ Protocol, het zogenaamde Handschrift van Van Os, de kronieken van Molius en Copernicus en de Rekeningen, het Obitus Fratrum en het zogenaamde Wapenboek van de Onze-Lieve-Vrouwe-broederschap.
In verband met de werken van de schilder verwijst hij naar een lange reeks archiefbronnen en literaire bronnen. De archiefbronnen bestaan uit diverse rekeningen van officiële en particuliere instanties en uit catalogi en inventarissen van binnen- en buitenlandse verzamelingen.
[explicit]