Een Jongeling geheeten Redelick verstant
hebbende een cofferken in sijn hant daer in sijnde een dootshooft
daer bij geschreven Dits tloon der sonden
(anoniem) XVIB?
[Diplomatische teksteditie: W.N.M. Hüsken, B.A.M. Ramakers en F.A.M. Schaars m.m.v. M.R. Hagendoorn en J.P.G. Heersche (eds.), Trou Moet Blijcken – Deel 8: De Boeken I, N, M en R – Bronnenuitgave van de boeken der Haarlemse rederijkerskamer ‘de Pellicanisten’. Uitgeverij Quarto, Slingenberg, 1998, ff. 90r-92r (Boek I) = Redelick Verstant ed. 1998]
[Hummelen 1 OI 11] [Pikhaus 37]
Auteur
Een anoniem gebleven rederijker.
Genre
Een tafelspel.
Situering / datering
Dit spel (111 verzen/regels in de editie-1998) bleef bewaard in Boek I uit het archief van de Haarlemse rederijkerskamer De Pellicanisten. Dit boek werd gekopieerd door Adriaen Lourisz. Lepel. Het stuk dateert hoogstwaarschijnlijk uit het eind van de zestiende eeuw.
Inhoud
Zie voor een samenvatting Hummelen 1968: 363.
Thematiek
Een stichtelijke waarschuwing tegen het najagen van wereldse ijdelheden en zondigheid en een aansporing om vroom Gods woord te volgen.
Receptie
De rederijkerscontext waarin dit spel bewaard bleef, wijst op stadsliteratuur. Verband met Haarlem.
Profaan / religieus?
Stichtelijk-religieus.
[explicit 14 februari 1999]