Jheronimus Bosch Art Center

No Flesh in "The Garden of Earthly Delights" - On the Paintings of Hieronymus Bosch

Büttner 2014b
Büttner, Nils
Genre: Nonfictie, kunstgeschiedenis
Uitgave datum: 2014
Bron: Felix Ensslin en Charlotte Klink (red.), "Aesthetics of the Flesh", Sternberg Press, Berlijn, 2014, pp. 272-299

Büttner 2014b

 

“No Flesh in The Garden of Earthly Delights – On the Paintings of Hieronymus Bosch” (Nils Büttner) 2014

[in: Felix Ensslin en Charlotte Klink (red.), Aesthetics of the Flesh. Sternberg Press, Berlijn, 2014, pp. 272-299]

 

De manier waarop Bosch het menselijk lichaam afbeeldt, is zonder voorgaande in de kunst van zijn tijd. Wanneer Bosch naakten schildert, gebruikt hij bijna abstracte vormen. Hij reduceert het menselijk lichaam tot vlakke figuren die lijken op pictogrammen. Wat de Tuin der Lusten betreft: om achter de esthetische principes en de bedoelingen waarop ze gebaseerd zijn, te komen, is het nodig rekening te houden met de context van de adellijke kunstverzameling waarin het schilderij gepresenteerd werd. Op de buitenluiken wijzen de vreemde planten die overal groeien, erop dat de val van de engelen (die het kwaad in de wereld bracht) al heeft plaatsgevonden. Het linkerbinnenluik is verre van idyllisch, want ook hier zien we overal signalen van het kwaad die we kennen uit andere werken van Bosch. Wat het middenpaneel toont, schommelt tussen zachte erotiek en expliciet-seksuele beelden. Bosch herleidt het naakte menselijk lichaam tot een vlakke, schijfachtige vorm die wel een mens weergeeft, maar seksualiteit en vlees mist. Nochtans zijn de handelingen van deze figuren zondig. De experten zijn het erover eens dat wat het rechterbinnenpaneel toont, de meest indrukwekkende hel is uit de geschiedenis van de westerse beeldende kunsten.

 

Kunsthistorici voeren al lang een discussie over de vraag of het middenpaneel moet geduid worden op een negatieve of positieve wijze. Vermoedelijk kende Bosch de waarschuwing van Dionysius van Rijckel dat het kwaad kan verschijnen in een aantrekkelijke uitwendige vorm. De bijna abstracte wijze waarop Bosch zijn figuren schildert, weerhoudt de kijker ervan de vreemde, obscene en pornografische aspecten van het werk te zien als een uitnodiging om te gapen of de voyeur te spelen. Integendeel, het leidt tot contemplatie en verwondering, in overeenstemming met de rhetorische theorie van de overdracht van affecten.

 

[explicit 18 mei 2020]

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

searchclosebarssort-desc linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram