Jheronimus Bosch Art Center

Out of Bosch's shadow: A rediscovered altarpiece by Jan Mandijn

Van Heesch 2018
Van Heesch, Daan
Genre: Nonfictie, kunstgeschiedenis
Uitgave datum: 2018
Bron: Oud Holland, vol. 131 (2018), nr. 3/4, pp. 109-122

Van Heesch 2018

 

 

“Out of Bosch’s shadow: A rediscovered altarpiece by Jan Mandijn” (Daan Van Heesch) 2018

[in: Oud Holland – Journal for Art of the Low Countries, vol. 131 (2018), nr. 3/4, pp. 109-122]

 

 

In de Antwerpse stadsarchieven (FelixArchief, Schepenregister 240, WG II, fol. 109) bevindt zich een document waaruit blijkt dat de als Bosch-navolger bekend staande en in de zestiende eeuw in Antwerpen actieve schilder Jan Mandijn (in het document meester Jan Demandyns genoemd) op 12 maart 1550 de opdracht kreeg een altaarretabel gewijd aan het leven van Sint-Eustachius te schilderen voor Zichem (een plaatsje in het huidige België nabij Leuven). Het laatmiddeleeuwse kerkje van Zichem was inderdaad gewijd aan Sint-Eustachius en het gebouw onderging in de vroege jaren 1550 belangrijke vernieuwingen. Het document werd overigens, onafhankelijk van elkaar, ontdekt door Jan Van der Stock en Godelieve Van Hemeldonck, maar Van Heesch kreeg hun toestemming om de vondst te publiceren.

 

Vandaag bevindt zich in de kerk van Zichem nog steeds een aan Sint-Eustachius gewijd drieluik, dat volgens een opschrift voltooid werd in 1552. Dit is ongetwijfeld het altaarretabel dat in 1550 besteld werd en het schilderij kan dus nu toegeschreven worden aan Jan Mandijn. De stijl van het werk is renaissancistisch en doet nergens denken aan de boschiaanse schilderijen die Mandijn produceerde. Bovendien vertoont het drieluik kwaliteitsverschillen in de uitvoering, wat sterk doet vermoeden dat Mandijn bij het schilderen de hulp kreeg van leerlingen en/of assistenten. In de Liggeren, de archieven van de Antwerpse schildersgilde, worden zeven of meer leerlingen van Mandijn vermeld, wat erop wijst dat Mandijn een groot en succesvol atelier leidde. De nieuwe toeschrijving van een drieluik aan Jan Mandijn impliceert dat deze schilder meer was dan een Bosch-navolger en dat zijn atelier schilderijen produceerde die stilistisch erg uiteenlopend waren. Dit spoort met recente bevindingen rond andere meesters, zoals Jan Gossaert, Frans Floris en Pieter Bruegel, wier werk blijkbaar eveneens diverse artistieke idiomen hanteerde.

 

[explicit 22 januari 2020]

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

searchclosebarssort-desc linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram